Eindtermen Boksend Opvoeden Basis

Eindtermen zijn beknopte omschrijvingen van de kennis, inzichten en vaardigheden waarover de trainer Boksend Opvoeden Basis aan het eind van de cursus minimaal zou moeten beschikken.

Eindtermen

  1. De trainer is in staat een passend fysiek, mentaal of emotioneel doel te bedenken bij het opstellen van een begeleidings-/coachplan.
  2. De trainer is in staat een intake/kennismaking en outtake/evaluatie te doen met de individu, gezin of de groep, betreft de gestelde hulpvraag.
  3. De trainer is in staat om uit het handboek, een boksles of boksspel voor te bereiden en deze te geven.
  4. De trainer is op de hoogte van de pijlers zelfvertrouwen, zelfbewustzijn en zelfbeheersing en weet deze positief te beïnvloeden waardoor de pijlers in positieve zin versterkt worden bij de leerling/deelnemer, in combinatie met de hulpvraag.
  5. De trainer is in staat differentiatie toe te passen bij het aanbieden van een bokssles of bokspel. Hierdoor worden de oefeningen persoonlijk gemaakt en er wordt ingezoomd op de hulpvraag van de individu, het gezin of de groep.
  6. De trainer is in staat om het pedagogisch stappenplan te vertalen naar zijn of haar eigen praktijk en of werkveld.
  7. De trainer is in staat preventief te handelen op ongewenst gedrag waardoor escalaties en conflicten zoveel mogelijk voorkomen kunnen worden.
  8. De trainer is in staat duidelijke regels en grenzen te stellen en deze met de leerlingen/deelnemers te bespreken.
  9. De trainer is in staat de leskaarten (emotie- en hartslagkaarten) toe te passen en te integreren in de aangeboden trainingen.
  10. De trainer gebruikt bij het aanbieden van de leskaarten de bijbehorende handleiding als leidraad.
  11. De trainer weet het geheugensteunkaartje te integreren in de training en deze op het juiste moment aan de leerling/deelnemer te geven. De trainer is in staat om de persoonlijke hulpvragen te koppelen aan de emotie/hartslag welke terug te vinden is op het geheugensteunkaartje.
  12. De trainer weet dat bij het afsluiten van een traject het zelfvertrouwen groeit bij het uitreiken van één van de certificaten. Dit betreft een meisjes-, jongens- of volwassen-certificaat.
  13. De trainer spreekt de Boksend Opvoeden-taal en weet deze transfer naar het dagelijkse leven te maken voor de leerling/deelnemer.
  14. De trainer is in staat om boksen als opvoedkundig en pedagogisch middel in te zetten om de hulpvraag te beantwoorden.